Oudste archiefstukken

Hieronder vindt u een overzicht van de oudste stukken van Vriezenveen uit het huisarchief Almelo.

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917(1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0118

Evert van Heker, heer tot Almelo, zijn vrouw Beatrix, jonkvrouwe tot Almelo, en hun kinderen Egbert, Herbrich, Lisebet en Mechtelt verklaren dat zij verkocht hebben aan de vrije Friezen op het veen te Almelo en de buren die daar nu wonen een deel van het Nortbroke gelegen binnen de heerlijkheid Almelo tussen de Nijer A en de Hollender Graven waarbij tevens een jaarlijkse erfpacht wordt gevestigd van een vierendeel boter, Zwolse maat, voor elke halve hoeve, te weten aan Henricke Aelerdynck des Hertigen zwager acht akkers, Sijmon Johanszone geheten Bou 5½, Roelve Johanszone Vrederickes acht, Johan Vrederickes acht, Johan den Hertigen negen, Henrick Wyssensone en Egbert Mennynck vijf, Johan Ludekens vier, Bertolt de Koster acht, Herman Egberteszoon 4½, Herman Katrinenzone 17, Arnde den Hogen geheten Snarre vijf, Luden Hilten 12, Roelve Valken acht, Herman Dadiken zes, Herman Egberteszone voornoemd zes; verder wordt bepaald dat de opstrek naar de Holl[end?]er Grave zal zi jn en dat de kopers alle rechten krijgen die hen bij eerdere overeenkomsten waren toegestaan.

Getuigen: Evert van Heest, ambtman van de heerlijkheid Almelo, Egbert die Grueter, Gherdt Abecede, Conraed Wyssekynck geheten Vrij.

Datering 1390 augustus 15 (up onser Vrouwendach assumptio)

NB Authentiek afschrift door notaris Henricus Kenneken [16e eeuw] (inv.nr. 3251); idem door Joannes Boncamp, gerichtssecretaris van Vriezenveen [17e eeuw] (inv.nr. 1750).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0120

Everd van Heker, heer tot Almelo, zijn vrouw Beatrix, jonkvrouwe tot Almelo, en hun kinderen Egbert, Herbrich, Lisebeth en Mechtelt verklaren dat zij verkocht hebben aan de vrije Friezen op het veen te Almelo en de buren die daar nu wonen een deel van de Nortbrocke op de voorwaarden als genoemd in de akte d.d. 1390 augustus 15 (regest nr. 118), te weten aan Henrick Johanszone acht akkers, Johan Ripperdes zes, Esseken Luekenszone acht, Herman Bercke acht liggende aan het eind van Pape Johans land, Heyne Biercke 12, Johan Hagene 10, Luede Hillenzone acht, gelegen aan het eind van Herman Molemans land en Egbert Tydens acht akkers.

Getuigen: Everd van Heest, ambtman te Almelo, Egbert de Grueter, Johan Hagene en Heyne Rypperdes.

Datering 1391 april 2 (up den sondach tho belokenen Passchen)

NB Authentiek afschrift door notaris Henricus Kenneken [16e eeuw] (inv.nr. 3251); idem door notaris Joan Ovink ten Oever 1627 (inv.nr. 1676).

Eenvoudig afschrift [15e eeuw] (inv.nr. 2113).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0156

Beatrix, jonkvrouwe van Almelo, en haar zoon Egbertus, jonker van Almelo, en de parochianen van Vresenvene stichten met toestemming van heer Gherhardus de Byvorden, pastoor aldaar, een vicarie ter ere van God, Maria en St. Nicolaus in de parochiekerk van Vresenvene en schenken hieraan een halve hoeve land gelegen tussen de hoeven van Bernardus de Rijsen en Petrus Petri genaamd Stubben, voorts worden de volgende schenkingen gedaan:

- 88 Gelderse florijnen door Bertoldus, vroeger koster van de parochiekerk;

- 40 Gelderse guldens door Resent, weduwe van Egbertus Corttetiden;

- 40 Gelderse guldens door wijlen Margareta Beverden;

- 15 Gelderse guldens door Everhardus de Heest;

- 16 Gelderse guldens door Bernardus de Rijsen en diens vrouw Dedela;

- 16 Gelderse guldens door Rodolphus Valcke;

- 34 Gelderse guldens door wijlen Egbertus Cortetide;

- een ½ hoeve land gelegen ten Westeynde door Gerhardus de Bivorden, pastoor;

- één schepel gerst jaa rlijks van iedere woning waarvan de pastoor nu één schepel rogge heeft;

- een gaarde, gelegen bij de poort van Almelo op de Oesteresche door Johannes Huseken en diens vrouw Wobba;

- een kamp gelegen bij het huis van Gerhardus de Pesie.

Zij verzoeken Fredericus [van Blankenheim], bisschop van Utrecht, Theodericus Marclo, geestelijke in het bisdom Utrecht, als eerste vicaris aan te stellen.

Datering 1404 april 25 (ipso die Marci ewangeliste)

NB Eenvoudig afschrift [16e eeuw] (inv.nr. 1883), met een nederlandse vertaling.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0216

Egberdt, jonker tot Almeloe, en Elisabet van Voorst, jonkvrouwe tot Almeloe, verklaren dat zij ter vastlegging van de reeds bestaande rechten, de buren die wonen op het Venne tussen de Wyrder Woeste en de Bawesbecke, genaamd "die vrijen Vriesen", een eigen recht geven, waarbij nadere regelingen worden gegeven voor de te betalen boterpacht, de inning en verdeling van de boeten, de civiele rechtspraak, het onderhoud van dijken en watergangen en de aanstelling van een richter en een priester.

Getuigen: heer Herman van Keppell, ridder, heer Johan Hyllinck, pastoor te Kathen, heer Johan Menningh, pastoor te Wederden, heer Roeloff Beger, pastoor op het Venne, Otto Mumme, borgman van Almeloe, Jonge Lude, richter op het Veenne, en Beerent van Rijssene.

Datering 1420 maart 12 (up sunte Gregoriusdach des heiligen leeraers ende confesseurs)

NB Authentiek afschrift in procesdossier, naar een eerder notarieel afschrift [17e eeuw] (inv.nr. 1676); idem door richter J.F. Nilant [18e eeuw] (inv.nr. 1446]; idem door Joan ten Velde 1627 (inv.nr. 1675); idem door Joannes Buis, secretaris van Zwolle 1645 (inv.nr. 1755).

Eenvoudige afschrift [16e eeuw] (inv.nr. 3663 fol. 44); idem [19e eeuw] (inv.nr. 1515).

Druk: Schrassert, Deductie, p. 142; Dumbar, Analecta, II p. 415.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0335

Egbert van Almelo en zijn zoon Johan verklaren verkocht te hebben voor 72 goudguldens en te hebben geleverd aan Mathyes van Ghelre een jaarlijkse rente van een half vat of negen vierendelen boter, uit de hoeve van Wysse Egbertssone zes vierendeel, en uit die van Clawes Jacopes drie vierendeel, beide gelegen te Almelervene.

Gedaan ten overstaan van Egbert Ludens, schout van Almelervene, en de keurnoten Frederic Gherdes en Egbert Wisse.

Datering 1451 februari 15 (des anderen na sunte Valentijnsdach martiris)

NB Origineel charter (inv.nr. 1707), met de zegels van Egbert en Johan van Almelo en van de schout.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0339

Egbert, jonker tot Almelo, en zijn zoon Johan verklaren verkocht te hebben en bij deze te leveren voor 24 goudguldens aan Arend Berteldync en diens vrouw Alijd een rente van drie vierendeel boter uit de halve hoeve van Berent Hermenssoen, gelegen in het Oesteynde van Almelervene tussen de akkers van Johan Berentszoen en Henric Grubbe.

Gedaan ten overstaan van Egbert Ludenzoon, schout op Almelervene, en de keurnoten Mathies van Ghelre en Egbert Wyssen.

Datering 1451 maart 31 (des wondesdaghes na desden derden sondach in der vasten)

NB Origineel charter (inv.nr. 1707), waarvan de zegels van Egbert en Johan van Almelo zijn afgevallen, maar dat van de schout bewaard is gebleven.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0343

Egbert, jonker tot Almelo, en zijn zoon Johan verklaren verkocht te hebben en bij deze te leveren aan Frederyk Gheerdes en diens vrouw Aelheyd een jaarlijkse rente van zes vierendeel boter uit het land dat door henzelf "in bouachtyger weer " wordt bezeten, gelegen tussen de landerijen van de pastorie en van de vicarie.

Gedaan ten overstaan van Egbert Ludens, schout te Almelervene, en de keurnoten Hinric Pouwels en Frederic Klaweses.

Datering 1451 oktober 12 (des dyngzedaghes na Geronis ende Victoris)

NB Origineel charter (inv.nr. 1707), met de zegels van Egbert en Johan van Almelo en van de schout.

In dorso: "Dyse ses verdell botteren synt van Berent Nordendarp gelosset und syne mede bescr. gelosset", in een 16e eeuwse hand.

Eenvoudig afschrift [ca. 1484] (inv.nr. 2113).

Hieronder stond: "Den principaelbreef daer desse copie uut ghescreven is heft in bewaringhe de procurator des Regulieren Cloesters toe Alberghen, anno L XXXIIIIo".

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0349

Johan, jonker tot Almeloe, en zijn vrouw Johanna van Reede geven, ten overstaan van haar vader Henrick van Reede en van de borgmannen van Almeloe Hermen van Pesye en Otte van Bellinchove, een privilege aan de vrije Vriesen en de andere buren op den Vene, gelegen tussen de Wederder woeste en de Bawesbeke, tot bevordering van de welstand in dat gebied, waarin hun wederzijdse rechten worden vastgelegd, in het bijzonder over de door de buren aan de heer van Almeloe verschuldigde boterpacht voor het gebruik van de veengronden, de civiele en criminele jurisdictie, het waterschapsbestuur en de aanstelling van wereldlijke en geestelijke functionarissen als de schout en de pastoor.

Datering 1452 november 22 (op sunte Ceciliendach der heiligher joncfrouwen)

NB Authentiek afschrift [17e eeuw] (inv.nr. 1675); idem door richter J.F. Nilant [18e eeuw] (inv.nr. 1446); idem door de archivaris van Deventer uit het boek van Memoriën der stad Deventer [ca. 1857] (inv.nr. 1675).

Eenvoudig afschrift op perkament [15e eeuw] (inv.nr. 1466).

In dezelfde hand staat onderaan de akte: "Item dessen voirs. bueren van Almerveen hebben dessen breve vier van woirde the woirde alleensluydende, uutgesacht dat die namen dairinne verandert zijn van den joncheren ende borchmannen van Almeloe, als enen brieff die hem gegeven heeft Evert van Dryese (van der Eze) dat die olste brieff is, enen brieff van Egbert van Almeloe, dat die anderde brieff is, enen van joncher Jan van Almeloe, dat desse tegenwoirdige derde brieff is ende enen van Zweer van Zwarst (van Voorst) dat den vierden ende den lesten brieff is".

Eenvoudig afschrift [17e eeuw] (inv.nr. 1675); idem [18e eeuw] (inv.nr. 1464); idem [19e eeuw] (inv.nr. 1515).

Druk: Schrassert, Deductie, p. 151; Dumbar, Analecta, II p. 428.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0354

Johan van Almelo en zijn vrouw Johanna van Reeden verklaren dat zij hebben verkocht en bij deze leveren aan de prior en het convent van het Regulierenklooster te Alberghen drie vierendeel "duystware" in de marke Dulre (Dulder), alsmede de vrijstelling van het weggeld (tol) te Wederden en op Almelerveen, waarvoor zij als zekerheid stellen de opbrengsten van o.a. de erven Grote en Luttike Getkaeten.

Getuigen: Evert Molener, vicaris te Almeloe, en Herman Hulscher.

Datering 1453 april 30 (op sante Philippus ende Jacobusavent der hiligher apostolen)

NB Origineel charter (inv.nr. 1740), waarvan het zegel van Johan van Almelo is afgevallen. Authentiek afschrift door J. van Engelen [17e eeuw] (inv.nr. 1426).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0356

Johan van Almelo en zijn vrouw Johanna van Reede verklaren, ten overstaan van Johan Pouwels, schout op Almelervene, verkocht te hebben en bij deze te leveren aan Arend Berteldync en diens vrouw Alijd, een jaarlijkse rente van twee vierendeel boter uit de twee halve hoeven van Lange Egbert, gelegen in het Westeinde van Almelervene, tussen de akkers van Mathies van Ghelre en van Henric Copes.

Keurnoten: Frederic Gherdes en Mathies van Ghelre.

Datering 1453 juli 31 (op sante Petersavent ad vincula)

NB Origineel charter (inv.nr. 1707), met de zegels van beide oorkonders en de schout.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0382

Johan van Almelo en Johanna van Reede, jonkvrouwe tot Almelo, verklaren, ten overstaan van Egbert Ludens, schout van Almelervene, verkocht te hebben en bij deze te leveren aan Gerd Hermenyng, diens vrouw Fenne en hun zoon Bernd een jaarlijkse rente van negen vierendeel boter uit de boterpacht te Almelervene, te weten uit het land van Coep Lamberts twee vierendeel, uit het land van Herman Johan Everdes vier vierendeel en uit het land van Gerd Wesseling drie vierendeel. Wegens het ontbreken van haar zegel verzoekt Johanna van Reede aan Johan Rensinck voor haar te zegelen.

Datering 1456 april 23 (up sunte Georgiusdach des hilligen mertelers)

NB Origineel charter (inv.nr. 1708), met de zegels van Johan van Almelo, Johan Rensinck en Egbert Ludens; getransfigeerd met het charter d.d. 1548 december 22 (regest nr. 987).

In dorso: "gelosset van Alijt Jaspers".

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0386

Schepenen en raad der stad Almelo verklaren dat Meynolt dee Scroder, zijn vrouw Lamme en hun zoon Egbert hebben verkocht en bij deze geleverd aan heer Johan Tusvelt twee gaarden binnen één omheining, gelegen te Almelo buiten de Eeschpoort, in de slag naast het Beghijnenhues, tussen de gaarde van Johan van Alen en de weg op de Weteringhe, welke gaarden zij eertijds hadden gekocht van de kerk te Almelo en van Berent Hermans op dat Vene.

Datering 1456 september 20 (up sante Matheusavent eyns hilighen apostels ende ewangelisten)

NB Origineel charter (inv.nr. 1834), met het zegel van de stad Almelo.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0447

Sweder, heer tot Voorst, Keppell en Almeloe, en zijn vrouw Elizabet van Hoemoet verklaren dat zij, met raad van hun borgmannen Herman van Pezye, Hinric van Bervorde en Henric van Pezye Baekessoene, de buren "op den Vene" een privilege hebben gegeven (van gelijke bewoordingen als het privilege van 1420 maart 12, regest nr. 216).

Datering 1463 februari 5 (op sunte Agathendach der hilger jonferen ende mertelerscher)

NB Eenvoudig afschrift [17e eeuw] (inv.nr. 2648).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0462

Zweder van Voerst, jonker tot Almelo, en zijn vrouw Elyzabeth van Hoemoet, jonkvrouwe tot Almelo, verklaren dat zij hebben verkocht en bij deze leveren aan Gerbrech Werninc, ministerse, en het zusterconvent van de regel van St. Franciscus bij Almelo een jaarlijkse rente van 45 vierendeel boter uit de navolgende landerijen te Almelervene: uit het land van Johan Egbertsoen twee vierendeel, van Johan Pouwelsoen drie, Johan Hermanssoen twee, jonge Johan Pouwels één, Egbert Johan Pouwels twee, Johan des Roden anderhalf, Roloff Paschedach anderhalf, Herman Johans twee, Wernsse Claes drie, Egbert Wisse vier, Frederic Gherdes twee, Albert Pouwels twee, alle gelegen tussen de hoeve van Henric Hermans en de halve hoeve van Lange Egbert, alsmede uit het land van Gheert Mathias drie vierendeel, van Pouwel Johans drie, Egbert Ludens drie, Johan Berndes drie en uit de landen en het broek gelegen tussen "der van Alberghen" en de tien akkers van jonge Egbert Jacobs drie vierendeel, uit de hoeve van Johan Claesz. vier vierendeel, uit de drie halve hoeven van Claes Jacops drie, gelegen tussen de hoeve van Johan Wychers en Wisse Arne.

Gedaan ten overstaan van Henric Ludensoen, schout op Almelervene, en de keurnoten Frederic Claessone en Henric Egberts.

Datering 1465 juni 12 (up sunte Odulphusdach des heilighen confessoers)

NB Origineel charter (inv.nr. 1709), met de zegels van Zweder van Voerst, Henric Ludensoen en Elysabeth van Hoemoet.

Eenvoudig afschrift [15e eeuw] (inv.nr. 1709).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0538

Joannes Epe de Oldensael, priester, Utrechts notaris, geeft op verzoek van Henricus Ludolphz., schout, Nicolaus Jacobsz., Gerhardus Joansz., Joannes Nicolaasz. en Wicherus Gerardsz., kerkmeesters van de parochie op 't Venne, en Egbertus Ludolphsz., Henricus Joannesz., Gerhardus Sartoris en Joannes Egbertsz., buren en parochianen op 't Venne, vidimus van de akte d.d. 1420 maart 12 (regest nr. 216).

Getuigen: Theodoricus Kistemaecker en Henricus de Meschede, kanunniken van St. Plechelmus te Oldenzaal.

Datering 1476 oktober 15 (Acta sunt haec in domo discreti domini pastoris in Vriesenvenne)

NB Eenvoudig afschrift van authentiek afschrift door notaris Joannes Ovinck ten Oever [17e eeuw] (inv.nr. 1676).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0563

Henric van der Aa, schout op Almelerveene, verklaart dat Berent Grubbe en diens vrouw Ghese hebben verkocht en bij deze geleverd aan heer Everd Muller, vicaris te Almelo, een jaarlijkse rente van twee vierendeel boter uit hun halve hoeve land op de Almelerveene, gelegen tussen het land van Clawes Frederikes en dat van Albert Sweders.

Keurnoten: Gerd Scroder en Egbert Ludensone.

Datering 1481 april 14 (op den hilighen Palmenavent)

NB Origineel charter (inv.nr. 1810), met het zegel van de schout.

In dorso: "den raetluden".

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0597

Johannes de Rechteren, jonker van Almelo, en Henricus de Hulscher, pastoor te Almelo, verklaren dat zij een officium hebben gesticht, dat na het overlijden van Johannes om zal worden gezet in een vicarie in de kerk te Almelo op een nieuw te stichten altaar aan de noordkant van de kerk, waarvan de collatie zal komen aan de erfgenamen van Johannes de Rechteren, waarvoor Johannes doteert het erve en goed Cleyssenhues c.a. en het goed Woestehoerst, gelegen tussen Ulenreyfshof bij Cleyssenhues, en voor 44 guldens aan eikehout uit het eerste erve en waarvoor Henricus doteert een jaarlijkse rente van vier mudden rogge uit de molen in de stad Almelo bij het water, losbaar door de heer van Almelo met 48 guldens, en een rente van 14 mudden per jaar uit acht akkers land te Vrezenvene, die hij had gekocht van Luldolfus Frericus en diens vrouw Gebbe, op voorwaarde dat hiervan acht mudden levenslang gebruikt zullen mogen worden door Bernardus ten Weerlicker, zoon van Johannes ten Warliker en diens vrouw Swena, die blind is geboren.

Datering 1484 augustus 23

NB Origineel charter (inv.nr. 1846), met de zegels van Johannes de Rechteren en Henricus de Hulscher; getransfigeerd met het charter d.d. 1488 september 3 (regest nr. 633).

Eenvoudig afschrift in het nederlands [16e eeuw] (inv.nr. 1846); idem [17e eeuw] (inv.nr. 1846).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0600

Henrick van der Ae, schout op Almelervene, verklaart dat Coep Alberdynck en Derck Frericks, raadslieden van de St. Anthoniusvicarie, alsmede Hermen Jacobs, Johan Egbers, Johan Clawes en Egbert Johan Powelsz., raadslieden van de kerk te Almelervene, hebben bepaald dat de nagenoemde personen die jaarlijkse roggerenten aan genoemde vicarie schuldig zijn, deze renten kunnen afkopen met 12 Rijnse guldens voor elk verschuldigde jaarlijkse mud rogge, te weten Hermen Egbers vijf schepels, Essiken die Vos twee mudden, Berend Grubbe één mud, jonge Johan Clawesz. vijf schepels, Henrick Egbers vier mudden, Wygher Hermans twee mudden, Fenne Engelbers twee mudden, Ludiken Egbers 4½ mudden, Johan Egbers drie schepels, Fenne Johan Berendes één schepel, Ghert Johan Roleffs één mud, Ghert Scroder zes schepels, Ludiken Keyser vijf schepels, Ghert Lubbers drie schepels, Juden Krummendijke ½ mud, welke lossommen dienen te worden betaald aan de dan fungerende vicaris. Ter medebezegeling wordt verzocht de huidige vicaris Johan Gherlighes.

Datering 1485 februari 24 (up sunte Mathijsdach)

NB Origineel charter (inv.nr. 1872), waarvan de zegels van de schout en de vicaris zijn afgevallen.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0610

Henrick van der Ae, schout op Almelervenne, verklaart dat Ludiken Frederick Clawessone en zijn vrouw Ghebbe hebben verkocht en bij deze geleverd aan heer Johan Tusvelt, vicaris te Almelo, een jaarlijkse rente van 2½ mudden rogge uit hun halve hoeve land gelegen te Almelervene tussen de landen van Frederick Clawes en van Coep Sweders.

Keurnoten: Frederick Clawes en Johan Egberts Ludens.

Datering 1486 april 25 (up sunte Marcusdach ewangeliste)

NB Origineel charter (inv.nr. 1833), met het zegel van de schout.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0641

Hinric van der Ae, schout op Almelervene, verklaart dat Ghert Clawesz. en zijn vrouw Eveze hebben verkocht en bij deze geleverd aan de prior en het convent der Regulieren te Alberghen een jaarlijkse rente van vier mudden rogge uit hun halve hoeve, te weten acht akkers en een vierendeel geerland te Almelervene, grenzend aan het land van Clawes Jacobsz. aan de oostzijde en van Johan Wyssen aan de westzijde.

Keurnoten: Clawes Jacobs en Johan Wissen.

Datering 1489 februari 28 (des saterdaghes nae sunte Petersdaghe des hilghen apostels ad cathedram)

NB Origineel charter (inv.nr. 2497), met het zegel van de schout.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0650

Egbert Johan Powels, schout op Almelervene, verklaart dat Ghert Scroder en zijn vrouw Alijt hebben verkocht en bij deze geleverd aan Johan van Rechteren, heer tot Almeloe, en diens vrouw juffer Evert [van Ewsum] een jaarlijkse rente van één mud rogge uit hun halve hoeve land gelegen tussen het land van de begijnen te Almeloe en dat van Johan Harmens, uit hun vierendeel land gelegen tussen het land van de wedeme en dat van Henrick van der Ae, alsmede uit hun huis, spieker en andere goederen, alles gelegen te Almelervene; Wycher Harman Jacobsoen en zijn vrouw Hanneke verklaren borg te zijn voor de rentebetalingen.

Keurnoten: Johan Harmans en Peter Johan Powels.

Datering 1489 augustus 14 (op onser liever Vrowenavent assumpcio)

NB Origineel charter (inv.nr. 2490), met het zegel van de schout.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0658

Zwene Yeghers, ministerse, en het zusterconvent te Almelo verklaren, na overleg met hun biechtvader heer Wessel van Buderick, te hebben overgedragen aan heer Henrick van Hulscher, pastoor te Almelo, een jaarlijkse onlosbare rente van 12 mudden rogge en een jaarlijkse rente van twee mudden, losbaar met 26 Rijnse guldens, die waren gekocht en gaan uit het land van Ludike Frederixsz. en diens vrouw te Almelervene, welke renten gelost zullen mogen worden bij genoemde pastoor of degene die vicaris is bij de St. Annavicarie [te Almelo].

Datering 1490 februari 21 (up sunte Petersavent geheten ad cathedram)

NB Origineel charter (inv.nr. 1815), waarvan het conventszegel is afgevallen.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0664

Henrick van der A, schout op Almelervene, verklaart dat Clawes Jacobsoen en zijn vrouw Armike hebben verkocht en bij deze geleverd aan heer Wyllem van Munster, vicaris te Almelo, een jaarlijkse rente van ½ mud rogge uit hun halve hoeve en geerland tussen het land van Wicher Johan Claessoen en dat van Gheert Claessoen, te Almelervene.

Keurnoten: Johan Egberts en Egbert Claes Jacobsz.

Datering 1492 april 14 (up Palmavent)

NB Origineel charter (inv.nr. 1827), met het zegel van de schout.

In dorso: "In die kercke to Almeloe".

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0666

Henrick van der A, richter op Almelervene, verklaart dat Claes Jacobsz. en zijn vrouw Armike hebben verkocht en bij deze geleverd aan heer Wyllem van Munster, priester te Almelo, een jaarlijkse rente van vijf schepels rogge uit een halve hoeve land en het geerland tussen het land van Wicher Johan Claessoen en dat van Gheert Claessoen, alsmede uit 5½ akker land grenzend oostwaarts aan Henrick van der A en westwaarts aan Harmen Copes, alles gelegen te Almelervene. Keurnoten: Johan Lanck Egbertsz. en Harmen Johan Pouwels.

Datering 1492 juni 21 (up des hilligen Sacramentsavent)

NB Origineel charter (inv.nr. 1827), met het zegel van de richter.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0720A

De officiaal van de proost van St. Plechelmus te Oldensehll en aartsdiaken van Twente verklaart dat in het geschil tussen de erfgenamen en buren van de marke Geisteren, aan de ene zijde, en Herman Valcke, Henrick Berendts, Henrick Hermans, Peter Stokelman, Herman Grote en Gosen junge Gerdes, buren van Vresenvenne, aan de andere zijde, partijen zijn overeengekomen dat de Vresenvenners geen turf meer zullen steken of vee drijven in de marke van Geisteren.

Getuigen: heer Johan Stuirman, kanunnik, Godert Voss, Herman Focke, vicarissen van St. Plechelmus te Oldensehll, en heer Herman Hulsbrinck, pastoor op het Vresenvenne.

Datering 1498 mei 25 (des vrijdages na den sondage Vocem jacunditatis)

NB Authentiek afschrift van het afschrift van notaris Hermannus Focke uit het protocol van wijlen notaris Joannes de Grollis door Jacobus Loesekaett, schout van Hellendoern 1630 (inv.nr. 1484).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0736

Frederick, markgraaf van Baden, bisschop van Utrecht, verklaart Aeleff van Hekeren van Rechteren beleend te hebben met de goederen hem aanbestorven van zijn broer Johan van Hekeren van Rechteren, te weten, de vrijheid van Almeloe met Vriesenvene, de hoeve te Lyndeloe, de watermolen te Rijssen, het huis ten Damme bij Goir, de Rumersch te Wederden, het huis te Rechteren, als een open huis, de hof te Rechteren, het goed te Wechterholte, Geerts goed ten Dijcke, de hof te Egen, Remmeldynck, de hof te Eme in het kerspel Dalffsem, 25 mudden rogge per jaar uit Hulsen, Brynckeler (Breukeler), de Santvoerdeshoeve in het kerspel Dalffsem, het Groote Huis te Oisterdalffsen, het erve ten Duveler, 8½ morgen land in de Langen Slagen, de hof te Luttenberch, de hof te Pipseler, het goed Langenhorst, de tienden te Dairle in het kerspel Helendoern, het huis te Bredenhorst ter Heyne, als een open huis van het bisdom en een borgleen ter Horst.

Datering 1500 april 9 (Up onsen slote tot Vollenhoe)

NB Origineel charter (inv.nr. 1413), met het uithangende zegel van de bisschop (beschadigd).

Authentiek afschrift door Gerhard Boom [ca. 1750] (inv.nr. 1447).

Eenvoudig afschrift door de griffier van de Staten van Overijssel [eind 16e eeuw] (inv.nr. 1426).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0740

Ludiken Egberts, richter op Almelervene, verklaart dat heer Gheert Tympe, vicaris te Almelo, met zijn gekozen voogd Berrent Grubbe, heeft verkocht aan heer Ludiken van Yttersem, pastoor, en de priesters te Almelo een jaarlijkse rente van drie mudden rogge min één schepel, te betalen uit een rente van vijf mudden rogge per jaar die Tympe had gekocht van Wernsse Claesz. en diens vrouw Aleyt, gaande uit hun halve hoeve land te Almelervene, waarvan een halve mud is bestemd voor de zielemissen van Lubbert Tympe en diens vrouw Lucke, een half mud voor de kosterij te Almelo en een half mud voor de vicarie die Gheert Tympe nu bezit.

Keurnoten: Claes Fredericks en Albert ter Brake.

Datering 1501 februari 21 (up sunte Petersavent ad cathedram)

NB Origineel charter (inv.nr. 3453), met het uithangende zegel van de richter.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0751

Henrick van Deventer, priester, verklaart dat jonker Aloff van Rechteren de kerk te Vresenvenne voor acht jaar aan hem heeft toegewezen, waarvoor hij jaarlijks acht goudguldens moet betalen en moet zorgen voor plaatsvervanging bij zijn absentie, daartegen zal hij de opbrengsten aan pachten bij deze pastorieplaats horende mogen innen.

Getuigen aan de zijde van Van Rechteren: Roloff Hoerstynck, pastoor te Hellendoerne en Tijs Barbitonsor, vicaris te Hellendoerne, en aan de zijde van Van Deventer: Wycher van der Levoerde en Johan Nedermaen, vicecureit te Veerden [Wierden].

Datering 1503 september 7 (des donderdages post Cruce)

NB Origineel op papier (inv.nr. 3511), met de ondertekening door Van Deventer.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0760A

De officiaal van de proost van St. Plechelmus te Oldensehll en aartsdiaken van Twente verklaart ten overstaan van Hermannus Focke, notaris, dat, in afwezigheid van Aleff van Rechteren, Roeleff ten Bredenbrouck, Gert ten Byenvelde, Johan Geerdinck, Geert Hamerinck, Johan Hamerinck, Geert ten Nijenhuis, Johan Robertinck, Johan Buerdinck, Gert ter Braeck, Lueken Hermelinck, Henrick Olberinck, Johan Vulmerinck, Johan Olbertinck, Johan die Meyer en Bertelt Boginck, meier op het erve Boginck, hebben getuigd dat de inwoners van Almelo tegen de wil van die van Geisteren en Albergen een grenspaal geplaatst hebben; dat vroeger de grens liep van de oude Bavelsbeecke tot het Blankemehr en van de Holnersgraven tot Holtervennen; dat zij vroeger ongestoord in het Blankenmehr hebben gevist; dat jonker Johan van Rechteren indertijd de Play met een greppel had omgegeven die door de buren van Geisteren weer was dicht gegooid; dat de Play altijd tot de buurschap Geisteren heeft behoord ; dat die van Geisteren altijd het vee van de Vresenvenners (met name Hespel Groten en Egbert Pauwers) in de Play schutten en daarvoor een boete ontvingen.

Datering 1504 april 17 (des wohnstages na den sondag Quasimodo)

NB Authentiek afschrift door Jacob Loesekaett, schout van Hellendoern 1630 (inv.nr. 1484).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0768

Johannes Hermanni de Essen alias Spiegel, Keuls notaris, verklaart dat mr. Winoldus Pypherinck, kanunnik van St. Lebuinus en pastoor te Vresenveen, tot diens procureurs aanstelt de heren Johannes Becker en Johannes Fabri, kanunniken van St. Plechelmus te Oldenzaal, heer Wesselus de Mernhem, vicaris te Almelo, en Johannes Luessinck, advocaat en procureur bij het Hof van proost en aartsdiaken te Oldenzaal, om voor en van de officiaal te verkrijgen om heer Henricus Geessinck, die zich de parochiekerk te Vresenveen aanmatigt, deze uitoefening van het pastoorschap te beletten en zonodig tegen Geessinck te procederen voor de officiaal.

Getuigen: Adolphus de Rechteren en Volkerus Sloit, ridders, en Jacobus de Batman en Gerardus Johannis, knapen, leken uit het bisdom Utrecht.

Datering 1505 november 28 (Daventrie in ecclesia sancti Lebuini)

NB Origineel op perkament (inv.nr. 3511), met de signatuur van de notaris.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0787

Adolf van Rechteren, heer tot Almelo, verklaart verkocht te hebben aan Wolter ter Mollen voor 100 Rijnse guldens een jaarlijkse rente van vijf Rijnse guldens uit het "wechgelde" (tol) te Almelervenne en Wederen, waarbij hij tevens verklaart hierbij, ten overstaan van Claewes Fredrix, schout op Almelervenne, dit goed te leveren.

Keurnoten: Luken Egbertz. en Hermen Berenders.

Datering 1508 maart 29 (des wondesdages na Oculi mey)

NB Authentiek afschrift door notaris Wolterus de Voerst [16e eeuw] (inv.nr. 82).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0801

Ludolphus van Ittersum, pastoor te Almeloe, en Gerardus Tympe, vicaris aldaar, als executeurs-testamentair van wijlen heer Gerlich Krumvoet, in leven pastoor te Wederden, verklaren dat zij een jaarlijkse rente van vier mudden rogge uit zes akkers land op het Vresenvenne, toebehorende aan Ludeke Herdynck en diens broer Henrick, met toestemming van heer Wessel van Mernehem, pastoor te Wederden, hebben geleverd aan de vicarie in de kerk te Wederden, nu bediend door Johan Nederman, terwijl zij verder verklaren dat na het overlijden van Nederman hieraan nog een jaarlijkse rente van twee goudguldens, uit een weer gelegen in de Smeden te Zwolle, zich uitstrekkend van de straat tot de stadsmuur, tussen de weren van Gese Beckers en van Lambert Becker, zal worden toegevoegd, alles voor het houden van wekelijkse zielemissen van de testator.

Datering 1511 juli 13 (op sant Margaretendach der hilighen jufferen)

NB Origineel charter (inv.nr. 1887), met de zegels van Van Ittersem (beschadigd) en van Van Mernehem.

In dorso een aantekening dat genoemde rente van vier mudden rogge is afgelost en dat hiervoor een rente is verkregen op het erve Rolevinck te Wederden, toebehorende aan het convent te Albergen, en dat deze rente later wordt betaald door jonker Henrik van Rechteren [16e eeuw].

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0803

Adolph van Rechteren, heer tot Almeloe, draagt, als collator, heer Hermen Wissen, priester in het bisdom Utrecht, bij de officiaal van de proost en aartsdiaken van de St. Plechelmuskerk te Aldensel voor als vicaris van de St. Anthonisvicarie in de kerk te Vresenvenne, na het overlijden van de vicaris heer Johan Gerlichs. De oorkonder verzoekt, omdat hij zijn eigen zegel niet bij de hand heeft, Wessel van Mernhem, pastoor te Werden, voor hem te zegelen.

Datering 1511 oktober 20 (des maendages nae Luce ewangeliste)

NB Origineel op papier (inv.nr. 1871), waarvan het zegel van de pastoor is afgevallen, terwijl de perkamenten zegelstaart nog aanwezig is.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0802

Frederik van Baden, bisschop van Utrecht, verklaart beleend te hebben Ariaen van Reede met de heerlijkheid Almeloe en Vriesenveene c.a., met de boterpacht, de hof te Lyndeloe, de watermolen te Rijssen c.a., het huis ten Damme bij Goer c.a., de Rummersch te Wederden c.a., na leenopdracht door Aloff van Heeckeren van Rechteren.

Getuigen: Jorgen Schenck, vrijheer tot Tautenberch, en mr. Evert van Ensse.

Datering 1512 oktober 13 (Actum Vullenhoe)

NB Authentiek afschrift uit het bisschoppelijk leenregister door de griffier van de Staten van Overijssel [eind 16e eeuw] (inv.nr. 1426).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0816

Johannes de Essen, Keuls notaris, verklaart dat mr. Winoldus Pypherinck, kanunnik in de kerk van St. Lebuinus te Deventer, machtiging heeft verleend aan heer Wesselus de Merlo, Johannes de Beveren en Albertus de Meppell, priesters en vicarissen in de parochiekerk te Almelo, om zich namens hem in het bezit te stellen van de door het heengaan van heer Henricus Brouwer opengevallen kerk van Vresenveen, na vergeving van deze pastoorsplaats door jonker Adolphus de Rechteren, heer van Almelo.

Getuigen: heer Johannes de Eybergen, vicaris in de kerk van St. Lebuinus, en Wilhelmus de Myddel, knape.

Datering 1515 augustus 16 (Daventrie ... in ecclesia sanctie Lebuini)

NB Origineel op perkament (inv.nr. 3511), met de signatuur van de notaris.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0822

Adolph van Rechteren, heer tot Almelo, verklaart dat hij als collator van de vicarieën in de kerk te Almelo toestemming heeft gegeven aan Wessel van Mernehem, vicaris in deze kerk, om van de rente van vier mudden rogge per jaar die hij heeft uit het land van Ghert Claesz. te Vresenvenne één mud per jaar te verpanden aan heer Ludolf van Ittersom, pastoor en "gemeen" vicaris van Almelo, voor de duur van zes jaar, om met de opbrengst de kosten te dekken van de bouw van zijn nieuwe huis, omdat zijn vorige huis van de vicarie in de afgelopen brand met de andere huizen geheel is verwoest.

Datering 1516 juli 31

NB Origineel charter (inv.nr. 1847), met het zegel van Van Rechteren; een zegelstaart is het enige dat nog aanwezig is van het getransfigeerde charter waarbij de officiaal van Oldenzaal zijn toestemming hiervoor mede zal hebben gegeven.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0828

Jacobus de Lengel, Utrechts notaris, verklaart dat heer mr. Winandus Pyepherinck, kanunnik van St. Lebuinus te Deventer en cureit van de parochiekerk te Vriesenveen, deze laatste functie uit eigen beweging heeft neergelegd in handen van de collator Adolphus de Rechteren, heer van Almeloe, ridder.

Getuigen: heer Johannes Bartsscher de Alen, priester in de kerk van de H. Maria te Deventer, en Winandus Winanduszoon de Vreden, Munsters notaris.

Datering 1518 februari 6 (Daventrie in dicta ecclesia sancti Lebuini Daventriensis juxta altare sancti Augustini episcopi)

NB Origineel op perkament (inv.nr. 3511), met de signatuur van de notaris.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0854

De officiaal van de proost van St. Plechelmus te Oldenzaal en aartsdiaken van Twente verklaart dat de vicarie van de H. Maagd Maria, de apostels Jacobus en Andreas en de martelares Barbara, in de kerk te Almelo, door vrijwillige terugtrekking van heer Bernardus Steppelinck, vicaris van de St. Annavicarie te Vresenvenne, als procureur voor Henricus van Hert, pastoor van Vyanen, is vrijgekomen, dat daarop Katherina de Opijnen, weduwe De Rechteren, en haar zoon Henricus de Rechteren, jonker van Almelo, heer Johannes de Beveren, priester, hebben voorgedragen, waarop nu De Beveren's procureur mr. Johannes Borchorst de aanstelling en werkelijke inbezitstelling verzoekt, welke aanstelling de officiaal hierbij doet, terwijl hij tevens de geestelijkheid van zijn ressort gebiedt De Beveren in het werkelijke bezit van de vicarie te stellen en hem daarin te handhaven.

Getuigen: mr. Johannes Duvelken, vicaris van de kerk te Oldenzaal, en Henricus Petri, burger van Oldenzaal.

Datering 1524 februari 3 (In predicta ecclesie Aldensalensis)

NB Origineel charter (inv.nr. 1813), waarvan het zegel van de officiaal is afgevallen.

In dorso de akte d.d. 1524 februari 8 (regest nr. 855), waarbij de werkelijke inbezitstelling wordt gedaan.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0865

Henrick van Rechteren, jonker tot Almeloe, verklaart wegens eerder verleende rechten en wegens een aan hem gedane betaling aan het klooster Sibekeloe ten behoeve van de vijf pachters van dit klooster te Almelervene bij deze over te dragen het recht van uitdrift door deze vijf pachters van hun vee op het Almelerbroick, voor een eeuwigdurend recht.

Datering 1527 juni 23 (op sunte Johannes Baptistenavent nativitatis)

NB Authentiek afschrift door Johannes Boncamp, gerichtsschrijver van Vriezenveen [17e eeuw] (inv.nr. 3255).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0880

Henderick van Rechteren, heer tot Almelo, verklaart verkocht te hebben en bij deze te leveren aan Henrick Johansen en diens vrouw Gese het eeuwigdurend recht om uit hun land, gelegen tussen het land van Pouwel Oude Egbers en Valckenland, vee te drijven op het Almelerbroeck, waarvoor hen tevens toestemming wordt verleend voor het leggen van een dijk en een brug om het vee daarheen te leiden.

Keurnoten: Henrick Wantscheer en Johan Egbers.

Datering 1530 augustus 23 (des anderen daegs nha der octavae assumptionis Mariae virginis der moeder Gaeds)

NB Authentiek afschrift door Joannes Boncamp, gerichtsschrijver van Vriezenveen [17e eeuw] (inv.nr. 3255).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0930

Henrick van Rechteren, heer tot Almelo, verklaart dat hij aan zijn vrouw Walraven van Rossum het losrecht heeft geschonken om met 290 Rijnse guldens een rente van 45 vierendeel boter uit de boterpacht te Almelervenne te lossen, die eertijds door Zweder van Voierst, heer tot Almelo, en diens vrouw Eelisabeth van Hoemoeth, jonkvrouwe tot Almelo, aan het zusterklooster bij Almelo was verkocht. De oorkonder verzoekt Jasper Johansen, schout van Almelervenne, en Johan van Vlodorp, richter van Almelo, naast hem te zegelen.

Keurnoten: Frederick Johan Berens en Esken Wolters.

Datering 1541 februari 5 (op sunte Aghatendach der hyllyger jofferen ende mertelerschen)

NB Origineel charter (inv.nr. 1709), met de zegels van Van Rechteren, Johansen en Van Vlodorp.

Het zegel van Jasper Johansen heeft het randschrift: "*IASPER* HINRICSON"

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

0987

Broeder Frans [van Zwolle], prior, en het convent van Galilea in Zibkeloe verklaren verkocht te hebben aan Jasper Henricksz., schout op Almelervhene en diens vrouw Alijt de jaarlijkse rente van negen vierendeel boter uit de boterpacht te Almelerveene, vermeld in de akte d.d. 1456 april 23 (regest nr. 382).

Datering 1548 december 22 (des daeges nae santen Thomas des hilligen apostels)

NB Origineel charter (inv.nr. 1708), met het "amptszeegell" van de prior; getransfigeerd met het charter d.d. 1456 april 23 (regest nr. 382).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1070

Henrick van Rechteren, heer tot Almeloe, en zijn vrouw Walraeven van Rossum verklaren verkocht te hebben en bij deze te leveren aan heer Zwederus van Zwolle, prior, en het convent te Alberge ten behoeve van hun drie erven gelegen te Vreesenvenne, te weten het eerste, nu bewoond door Frerick Claesen, gelegen tussen de landen van een vicarie en van Johan Lubbertsz., het tweede, nu bewoond door Johan Pouwelsz., gelegen tussen de landen van de pastorie en van Berendt Norendorp en het derde erve, nu bewoond door Berendt Grubbe, gelegen tussen de landen van Egbert Hinricksz. en van Jan Hinricksz., het recht van uitdrift van drie paarden voor elk erve op het Almelerbroeck. Gepasseerd ten overstaan van Otto van Langen, richter van Almelo, en de keurnoten Johan Smit en Johan ter Becke.

Datering 1555 juni 25 (up sunte Lebuinusdach in den sommer)

NB Authentiek afschrift door Joannes Boncamp, gerichtsschrijver van Vriezenveen [17e eeuw] (inv.nr. 3255).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1133

Henryck van Rechteren, heer tot Almelo, en zijn vrouw Angnes van Westerholt genaamd van Rechteren, vrouwe tot Almelo, verklaren verpacht te hebben aan Johan Smyt en diens vrouw hun tol of weggeld te Vresenvenne voor één jaar ingaande sint Peter ad cathedram 1559 (22 februari), tegen een pacht van twee goudguldens.

Datering 1559 [februari]

NB Authentiek afschrift door A.A.W. van Wulfften, notaris te Oldenzaal [ca. 1812] (inv.nr. 1725).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1144

Otto van Langen, richter der heerschap Almelo, verklaart ten overstaan van de keurnoten Berendt Grubben, schout op Almelervhenne, en Herman Frericks, dat jonker Henrick van Rechteren, heer van Almeloe, en zijn vrouw Angnes van Westerholt verkocht en geleverd hebben aan Egbert Pouwelsz. en diens vrouw Luicken alsmede aan Johann Frericks en diens vrouw Johan een stuk land gelegen in de heerlijkheid Almelo tussen de Play en het land van de kopers.

Datering 1559 oktober 6

NB Authentiek afschrift door Joannes Bonckamp, gerichtsschrijver te Vriezenveen [17e eeuw] (inv.nr. 2665).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1230

Otto van Langen, richter van Almelo, verklaart dat Johan Grubbe, mede namens zijn vrouw, die in de kraam ligt, heeft bekend verkocht te hebben aan Roleff then Bolsscher en diens vrouw Berentken een stuk hooiland gelegen in de heerlijkheid Almelo bij het Fresenvenne, genaamd de Hoge Nije Maet bij het Almelerbroick, tussen Johan's lege slag, de Hollender Graven en de Stege, waaruit een tijns gaat ten behoeve van de heer van Almelo.

Keurnoten: Herman Sclotemaker en Geert Stromer.

Datering 1564 november 15

NB Eenvoudig gelijktijdig afschrift (inv.nr. 3139 fol. 105 verso).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1240

Hermannus Rouwerdink, notaris, verklaart dat jonker Henderich van Rechteren, heer tot Almelo, en zijn vrouw Angenes van Westerholt hem hebben verzocht aan te zeggen aan de heren Sanderus Suer, prior, Hermannus Daventriensis, kelner, en de heren van het klooster Sybykelo dat de heer van Almelo bekend is dat een "loesse breff" van Berend van Bevervorde betreffende de erven Grote en Kleine Wyricke, Husseler en Wolbertink, in het gericht Boerne, buurschap bij den Broke (Bornerbroek), en twee testamenten van hem bij de prior en de broeders van Sibikelo in bewaring zijn, en dat hij daarvan een authentieke kopie verlangt; tevens verklaart de notaris dat hij de aanzegging heeft gedaan en dat die van het klooster hem twee testamenten hebben getoond, die als vanouds in bewaring bij het klooster blijven, maar dat zij daarvan authentieke kopieën toestaan. Getuigen: Berent Grubbe, schout op het Venne, en Berent Jacobsz., eveneens wonende op het Venne.

Datering 1565 april 12

NB Minuut in het protocol van de notaris (inv.nr. 2621 p. 3).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1305

Angnes van Westerholt, weduwe Van Rechteren, en Hylbrandt Jeger en zijn vrouw Gertrude rekenen af over de verpachting van het werf- en accijnsgeld over 1567 en 1568 en de laatsten pachten dit ook voor de jaren 1569 en 1570 tegen 36 gulden per jaar.

Getuigen: heer Gossen Ampelman, pastoor up 't Venne, en Otto van Langen, richter te Almelo.

Datering 1569 maart 1

NB Originele chirograaf op papier (inv.nr. 1652), met de handtekeningen van partijen.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1335

Heer Egbertus Nytert, officiaal in Oldenzaal, verklaart, ten overstaan van Hermannus Rouwerdinck, notaris, afstand te doen van de vicarie van het H. Kruis in de kerk van Almervenne, in handen van Angnes van Westerholt, weduwe De Rechteren, vrouwe in Almelo, als collatrix, omdat hij een andere vicarie, die van St. Anna in de kerk van Almelo, heeft ontvangen, waarvoor eerst heer Johannes Berens in handen van de collatrix afstand heeft gedaan.

Getuigen: heer Hermannus Schultman, vicaris in Vresenvenne, en heer Johannes Hogenhorst, pastoor in Coverden.

Datering 1570 juni 15 (In domo a Almelo)

NB Minuut in het protocol van de notaris (inv.nr. 2621 p. 17).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1340

De verwanten van wijlen heer Hermannus Braemhaer, in leven pastoor te Werderden, verklaren, ten overstaan van Hermannus Rouwerdinck, notaris, dat zij verzoeken aan Angnes van Westerholt, weduwe Van Rechteren, alle pastoriegoederen, vrijgekomen met het overlijden van de pastoor, te bestemmen voor de kinderen van de overledene, waarna de notaris verklaart dat de collatrix dit heeft toegestaan, met uitzondering van de grote kamp (maior campus) gelegen bij het huis van de pastoor naast het weiland.

Getuigen: Hans Meyer in Werderen, Berenhardus Grubbe, schout op Venne, Johan Braemhaer en Dasselman.

Datering 1570 juli 28

NB Minuut in het protocol van de notaris (inv.nr. 2621 p. 21).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1369

Berent Grubbe, schout op Almelervenne, verklaart dat Aalheyt Jasspars en haar zoon Johan Jarsspars, mede namens haar andere kinderen, hebben erkend ontvangen te hebben van juffer Angnes van Westerholt, vrouwe tot Almelo, 100 goudguldens, zijnde de lossom voor een jaarlijkse rente van vijf mudden rogge, die door wijlen Henryck van Reichteren, heer tot Almelo, aan wijlen Jasspar Henrycksz. en diens vrouw, de voornoemde Aalheyt Jasspars, was verkocht. Aalheyt en haar zoon verzoeken Otto van Langen voor hen te zegelen.

Datering 1572 maart 3

NB Origineel charter (inv.nr. 2499), met de zegels van Grubbe en Van Langen.

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

7. Regestenlijst

7.3. Regesten

1384

De officiaal van de proost van Aldenzal en de aartsdiaken van Twenthe maakt bekend aan de priesters te Vresenvenne en de notarissen in zijn ressort dat de door Agnes van Westerholt, weduwe Van Rechteren, vrouwe van Almelo, voorgedragen vicaris op de vicarie van het H. Kruis te Vreesenvenne, Johannes Johannessen van Wierderen, na de vrijwillige terugtrekking door heer Egbertus Nitert, als zodanig is aangesteld terwijl hij de notarissen in zijn ressort opdracht geeft hem in het feitelijke bezit van deze vicarie te stellen.

Datering 1573 november 3

NB Authentiek afschrift door Johannes Bonckamp, gerichtsschrijver van Vresenvenne [17e eeuw] (inv.nr. 1876).

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

2. Archief van huis en heerlijkheid Almelo

2.3. Derde afdeling: stukken van zakelijke aard

2.3.2. Huis en heerlijkheid Almelo

2.3.2.2. Handhaving van rechten

2.3.2.2.3. Vriezenveen

1466

Stukken betreffende het geschil tussen de heer van Almelo en de buren te Vriezenveen over het aan hen geschonken "lantrecht", 1489 en [eind 15e eeuw]. Met afschriften van akten over de periode 1394-1457.

NB Regesten 132, 351 en 401.

Omvang 1 omslag en 1 charter

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

2. Archief van huis en heerlijkheid Almelo

2.3. Derde afdeling: stukken van zakelijke aard

2.3.2. Huis en heerlijkheid Almelo

2.3.2.2. Handhaving van rechten

2.3.2.2.3. Vriezenveen

1467

Stukken betreffende de pogingen van kerkmeesters en zestienen van Vriezenveen om de schout van Vriezenveen aan de invloed van de heer van Almelo te onttrekken

Datering 1618 en 1631-1638

Omvang 1 omslag

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 157

Archieftitel: A.J. Mensema, Inventaris van de archieven van de marken in de provincie Overijssel, 1300-1942.

2. Inventaris

2.017. Daarle

2.017.1. Marke

2.017.1.2. Stukken betreffende bijzondere onderwerpen

2.017.1.2.4. Limietscheidingen

192

Stukken betreffende het geschil tussen de marke en de marke Vriezenveen, aangaande de grensscheiding tussen die marken

Datering 1729-1808. Authentieke afschriften, 1808

Omvang 1 omslag

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)

Toegangsnummer: 214

Archieftitel: A.J. Mensema, R.M. de Raat, C.C. van der Woude, Inventaris van het huisarchief Almelo 1236-1917 (1933). Zwolle, Historisch Centrum Overijssel, 1993. 3 delen.

2. Archief van huis en heerlijkheid Almelo

2.4. Vierde afdeling. Stukken betreffende de uitoefening van overheidsgezag

2.4.3. Markebestuur

2.4.3.8. Marke Wierden en Hoge Hetl

2.4.3.8.6. Limietscheiding

3360

Bekendmaking door de erfmarkerichter die de inwoners van Wierden verbiedt de Vriesen A dicht te gooien, zodat de Wierdense schapen op Vriezenveens gebied kunnen grazen

Datering 1779. Met aantekening van de publicatie

Omvang 1 stuk

Vindplaats Historisch Centrum Overijssel (HCO)